De voormalige Staatsmijnen (het
latere DSM) beschikten in Zuid-Limburg over enorme industrieterreinen
waar het meeste intern vervoer per spoor plaats vond. Goederenwagen
DSM 366 werd gebouwd voor de afvoer van mijnsteen uit de kolenmijnen;
de wagen was van een speciale inrichting voorzien om de mijnsteen
te kunnen laden en lossen.
DSM is tegenwoordig een chemisch bedrijf, maar vroeger stond deze
firma bekend onder de naam 'Staatsmijnen'. Op de uitgestrekte industrieterreinen
vond het interne vervoer voor het allergrootste deel plaats per
spoor. Natuurlijk om de massa’s gewonnen steenkool te vervoeren
naar havens en rangeerterreinen waarvandaan transport verder het
land in werd geregeld, maar er gebeurde meer. De kolenwinning leverde
enorme hoeveelheden -waardeloze- mijnsteen op, die eveneens afgevoerd
moest worden. Het transport naar de uitgestrekte steenbergen vond
bij de Staatsmijnen plaats met daartoe ontworpen "mijnsteenwagens".
Deze bestonden uit bakken, die met een speciale inrichting aan de
zijkant konden worden gelost.
In 1956 werden bij de Duitse firma Krupp door de Staatsmijnen acht
van dergelijke mijnsteenwagens gekocht. Ze waren voorzien een open
laadbak met pneumatisch bediende losinrichting naar één
zijde. Wagen 366 behoorde tot deze serie en was tot 1975 in dienst
op de terreinen van de mijnen "Emma" te Hoensbroek en
"Hendrik" te Brunssum. Na de sluiting van de kolenmijnen
in de jaren 1970 was de wagen nog een tijd in gebruik voor kolenvervoer
naar de elektriciteitscentrale van de mijn "Maurits" bij
Geleen.
Mijnsteenwagen DSM 366 als Railmonument
Wagen 366 werd met twee soortgenoten als laatste authentieke mijnsteenwagens
van de voormalige Staatsmijnen in 1994 geschonken aan de Zuid Limburgse
Stoomtrein Maatschappij (ZLSM).