Object |
Goederenwagen 715
|
Gebruiker
|
Rotterdamsche Tramweg-Maatschappij
(RTM) |
In
bedrijf |
1906-1962 |
Railcategorie |
Interlokale tram |
Type
/ serie |
Gesloten goederenwagen; Melkwagen |
Aan het einde van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw verplaatste
de productie van melk, boter en kaas zich van de boerderij naar
de zuivelfabrieken, die tijdens de industriele revolutie overal
in het land werden opgericht. Het vervoeren van de melk vanaf de
boerenbedrijven naar de grotere fabrieken werd een taak van de interlokale
tram, die het platteland met de stad verbond.
Tussen 1901 en 1906 schafte de Rotterdamsche Tramweg-Maatschappij
(de RTM) tientallen gesloten goederenwagens aan voor haar smalspoornet
tussen de havenstad Rotterdam en de Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden.
Een aantal van die wagens, waaronder de 715, werd speciaal ingericht
voor het melkvervoer; ze waren voorzien van planken waarop de bussen
gevuld met melk konden staan. Om ze van de grijze goederenwagens
te onderscheiden en het zonlicht zoveel mogelijk buiten te houden werden deze wagens wit geschilderd. In Rotterdam-Zuid
was een groot aantal afnemers van melk gevestigd, waaronder drie
grote zuivelfabrieken, zoals die van Van den Bergh & Jurgens (later Unilever).
Na verloop van tijd werd het melkvervoer meer en meer door vrachtwagens
overgenomen. De zijsporen naar de melkfabrieken in Rottedam-Zuid
werden na de oorlog gesloten. De melkwagens werden door de RTM omgebouwd
tot gewone gesloten goederenwagens en grijs geschilderd. Goederenwagen
715 deed in die hoedanigheid nog dienst tot 1962, kort voor de opheffing
van het goederenvervoer bij de RTM.
De heer Van der Laan was melkbegeleider bij de RTM; hij kan zich
het melkvervoer nog goed herinneren: Vanaf het eiland Flakkee ging
het naar het zuivelbedrijf Van den Berg & Jurgens in Rotterdam
en naar andere afnemers. Tussen Ouddorp naar Middelharnis nam hij
melkbussen in ontvangst. In Middelharnis werd de witgeschilderde
melkwagen op de boot gezet naar Hellevoetsluis en ging dan verder
naar Rotterdam. Daar werd de inhoud gewogen en over de afnemers
verdeeld. 's-Avonds kwamen de melkbussen leeg terug in Middelharnis.
Van der Laan zette ze dan op nummervolgorde om ervoor te zorgen
dat de melkbussen weer bij de boer terecht kwamen waar ze van waren.
Melkwagen RTM 715 als Railmonument
Na de opheffing van het RTM-trambedrijf, werd het overgebleven
materieel aangekocht door de voorlopers van het huidige Museum RTM
Ouddorp. In dit museum is de wagen inmiddels gerestaureerd in de
staat van 'melkwagen', waarin hij in 1906 in dienst werd gesteld.
De wagen is daarbij weer voorzien van balken waarop planken gelegd
kunnen worden waarop de melkbussen staan.
Aan een zijde van de wagen is een kleine expositie ingericht over
het zuivelvervoer per stoomtram. Op speciale dagen rijdt de wagen
mee in de goederentrams die het museum laat rijden.
Goederenwagen 715 is een bijzondere representant van een belangrijke
ontwikkeling in het Nederlandse railvervoer, namelijk het zuivelvervoer
per interlokale tram. Daarmee verwierf het object zich een A-status
in het Nationaal Register Railmonumenten.
|