Het Virtueel Railmuseum is financieel mogelijk gemaakt door het Mondriaan Fonds, het Prins Bernhard Cultuurfonds
en het VSBfonds.

De opkomst en verdere ontwikkeling van het railvervoer zijn, ook in Nederland, onverbrekelijk verbonden met de Industriële Revolutie. Beide werden mogelijk gemaakt door de stoomachine.

De Industriële Revolutie ging gepaard met een sterke verstedelijking.

 

Meer informatie over Industriële Revolutie en verstedelijking

  • Beknopte informatie over de politieke en sociale ontwikkelingen in de 19e eeuw, 'de tijd van burgers en stoommachines', op de website 'tijdvakken.nl'.

     









Eén van de eerste stoomlocomotieven in ons land was de Arend. Het Spoorwegmuseum beschikt over een replica van deze locomotief met bijbehorende personerijtuigen.

 

Welkom in het Virtueel Railmuseum! In dit museum vindt u enkele van de vele topstukken uit het Nationaal Register Railmonumenten, voorzien van extra historische informatie.

Het Nationaal Register Railmonumenten is te beschouwen als een 'Monumentenlijst' voor historisch spoor- en tramwegmaterieel. De railmonumenten in het Virtueel Railmuseum staan stuk voor stuk voor belangrijke ontwikkelingen in de geschiedenis van het Nederlandse railvervoer of voor materieeltypes die jarenlang beeldbepalend zijn geweest op de Nederlandse spoor- en tramlijnen.

De wording van het moderne Nederland hangt voor een belangrijk deel samen met de ontwikkeling van het railvervoer, dat Nederland mede heeft gemaakt tot wat het nu is. Zo vertellen de railmonumenten niet alleen een essentieel hoofdstuk uit de geschienis van het vervoer over de rails in ons land, maar evenzeer uit de veel omvangrijker geschiedenis van Nederland als geheel.

Vergeet niet dat u zich in een 'Virtueel Museum' bevindt! Als u de railmonumenten echt wilt zien, kunt u naar een echt museum gaan. Bij elk railmonument wordt vermeld waar het 'In real life' te zien is.
Verdere informatie bij rail@railmonumenten.nl.

 

De Engelsman Richard Trevithick wordt wel beschouwd als de "vader van de stoomtrein". Hij bouwt in 1801 zijn eerste stoomgedreven wegvoertuig en in 1804 een stoomvoertuig op rails: de stoomlocomotief is geboren. In de jaren daarna worden in verschillende landen pogingen gedaan om goede stoomlocomotieven te bouwen, in eerste instantie bedoeld voor kolenmijnen.

De locomotief van Trevithick kent nog de nodige kinderziektes. Als in 1825 de eerste echte spoorlijn ter wereld wordt geopend, de mijnspoorweg tussen Stockton en Darlington in Noord-Engeland, heeft de beroemde George Stephenson zijn eerste locomotief gebouwd, de "Locomotion". Al een stuk beter bruikbaar, Vier jaar later wordt tussen het Engelse Liverpool en Man-de eerste echte spoorweg ter wereld voor passagiersvervoer geopend. Hiervoor bouwde Stephenson een locomotief met de toepasselijke naam "Rocket".

Dan zijn de meeste kinderziektes overwonnen en in Groot-Brittannië wordt de trein aan het begin van de 19e eeuw al snel een enorm succes. Andere landen in de westerse wereld volgden het Engelse voorbeeld. De stoomtrein werd gezien als een van de belangrijkste symbolen van de industriële revolutie. In België, Duitsland, Frankrijk en de Verenigde Staten werd het nieuwe transportmiddel vol enthousiasme binnengehaald.

In Nederland liet het succes van het nieuwe vervoermiddel wat langer op zich wachten, al reed ook hier vanaf 1839 de stoomtrein; in dat jaar werd onze eerste spoorwegverbinding tussen Amsterdam en Haarlem geopend. Ondanks aanvankelijke twijfels groeide het spoorwegnet langzaam maar zeker en werden grote delen van het land met elkaar verbonden.
Rond 1900 was de trein het belangrijkste vervoermiddel in Nederland, rond 1930 beleefde het Nederlandse spoorwegnet zijn hoogtepunt. Toen doorkruisten 3500 kilometer spoorrails, hoofdspoor en secundaire verbindingen ons land. Behalver nationaal was het railvervoer ook internationaal van grote betekenis. meer >


Vooral in de tweede helft van de 19e eeuw breidde het spoorwegnet zich gestaag uit, met dank aan de Spoorwegwet van Van Hall in 1861. Eerst werden de grotere plaatsen met elkaar verbonden, daarna kregen ook andere plaatsen hun toegang tot het spoor. Rond 1880 was het hoofdspoornet, zoals we dat nu nog kennen, voltooid. meer >


Als aanvulling op het hoofdspoornet werden lokaalspoor-lijnen aangelegd. Deze waren bedoeld voor de korte afstanden en daar waar minder vervoer te verwachten viel, bijvoorbeeld in dunbevolkte gebieden. Ze waren van grote betekenis voor de ontsluiting van het platteland. meer >


In de tweede helft van de negentiende eeuw kwam een nieuw soort railvervoer in gebruik: de interlokale tram. Net als het lokaalspoor werden hiervoor als aanvulling op de hoofdspoorwegen tramsporen aangelegd op korte afstanden en in dun-bevolkte gebieden. Dit gebeurde waar de aanleg van een echte trein te duur zou worden. meer >


In de tweede helft van de negentiende eeuw verscheen in diverse plaatsen de lokale tram als uitermate geschikt massavervoermiddel binnen de bebouwde kom. Vooral voor de grotere gemeenten bleek de tram een onmisbare schakel in de stadsontwikkeling. meer >


De trein werd voor het eerst gebruikt in de industrie. Buiten Nederland werd het spoor al vanaf de 16e eeuw ingezet voor het vervoer van delfstoffen in de mijnbouw. Het industriespoor bleef altijd een belangrijke toepassing van het railvervoer. meer >

Meer informatie over de geschiedenis van het railvervoer

Toonbeelden van mobiel erfgoed

In 2016 werd door de stichting Mobiele Collectie Nederland (MCN) het project 'Toonbeelden van Mobiel Erfgoed' ontwikkeld. Het project laat een flink aantal kenmerkende voorbeelden van onze mobiliteitsgeschiedenis zien, die een relatie leggen tussen de geschiedenis van Nederland en de historische vervoermiddelen als levende getuigen daarvan. Daar is natuurlijk ook het nodige 'Railgebonden erfgoed' bij!

Subsidie en ondersteuning

De stichting Mobiele Collectie Nederland kon dit project realiseren dankzij een subsidie van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en ondersteuning vanuit de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. De resultaten zijn verwerkt in een website.

 

 

Het railvervoer heeft enorme veranderingen teweeg gebracht in de Nederlandse samenleving. Zie het venster over de spoorwegen in de Canon van Nederland en de de bijbehorende canonclip.

Ook op lokaal niveau zorgde het railvervoer in de 19e eeuw voor een ware transportrevoluitie. Zie de verhalen over de verbeterde bereikbaarheid van stad en land in de vele regionale canons.



Het begon allemaal in 1804, toen Richard Trevithick de eerste stoomlocomotief bouwde. (animatie, bron: Friedrich A. Lohmueller)


Echt serieus werd het in 1830 met de Rocket van Stephenson op de eerste echte spoorlijn in Engeland.


En negen jaar later was Nederland aan de beurt; langzaam maar zeker werden grote delen van het land met elkaar verbonden.


Internationaal werd het railvervoer eveneens van grote betekenis. Kunstenaar Peter Alma legde de 'wereldomvattende beteekenis van het spoorwegwezen' vast in wandschilderingen.